Inleiding
  Verkiezingen
     Kandidaten/partijen
     Opinie
  Feiten
     Korte geschiedenis
     Kaart Zambia
  Economie
     Mijnbouwindustrie
     Opinie
  Hiv/aids
  Civil Society
  Partners NiZA
 
  Overige dossiers
 
 
 
Korte geschiedenis van Zambia

Vanaf het midden van de 19e eeuw trokken ontdekkingsreizigers (onder wie David Livingstone), missionarissen en handelaren Zambia binnen. In 1924 werd het hele huidige Zambia, toen Northern Rhodesia, protectoraat van Groot-Brittannië. De kopermijnbouw kwam tot ontwikkeling en de Copperbelt ontstond. De Britten voerden een Noord-Rhodesische variant van de apartheid in.

Copperbelt en luchtvervuiling
Begin vijftiger jaren groeide het verzet tegen de koloniale overheersing en concentreerde zich in 2 partijen: het African National Congress (ANC) van Harry Nkumbula en Kenneth Kaunda's United National Independence Party (UNIP). In 1962 kreeg de Afrikaanse bevolking eindelijk stemrecht. De daarop volgende verkiezingen werden gewonnen door ANC en UNIP, die een coalitieregering vormden. De coalitie viel korte tijd later uiteen en vanaf de onafhankelijkheid in oktober 1964 regeerde de UNIP, onder leiding van Kaunda, over Zambia.

Onder Kaunda
Eind jaren zestig begon de regering Kaunda aan een operatie die vrijwel de gehele economie van het land onder staatscontrole zou brengen. Om te beginnen de kopermijnen en vervolgens ook handelsondernemingen, de landbouw, vervoer enzovoorts. In 1991 werd zo’n tachtig procent van de economische activiteit in Zambia beheerd door de overheid. Het Zambiaans humanisme werd als ideologie geïntroduceerd, een combinatie van christelijke naastenliefde en socialistisch gelijkheidsdenken, dat ook leidde tot gratis onderwijs en gezondheidszorg.
Kenneth Kaunda

Aanvankelijk tolereerde Kaunda politieke oppositie, maar onder invloed van vermeende of werkelijke oorlogsdreiging uit Rhodesië en Zuid-Afrika, werd het regime repressiever. In 1972 werd een nieuwe grondwet aangenomen en het eenpartijstelsel ingevoerd.

Midden jaren zeventig stortte de koperprijs in en de gevolgen bleven niet uit. De hoge salarissen, de subsidiëring van voedsel, de kosten van gratis onderwijs en gezondheidszorg, de Zambiaanse overheid kon het niet langer betalen. Ontevredenheid onder de bevolking en ongeregeldheden waren het gevolg, In 1980 vond een eerste couppoging plaats en een serie stakingen geleid door de Zambia Congress of Trade Unions (ZCTU)
Vooral maatregelen om de economie weer op gang te krijgen, riepen in de jaren tachtig veel weerstand op bij de bevolking. Zo moest de overheidssubsidie op voedsel moest worden ingetrokken van het IMF (Internationaal Monetair Fonds).

Onder Chiluba
In 1990 voerde Kaunda opnieuw een
Frederick Chiluba
meerpartijenstelsel in. De oppositie verenigde zich in de Movement for Multiparty Democracy (MMD), onder leiding van toenmalig vakbondsleider Frederick Chiluba. De MMD kwam in 1991 als grote overwinnaar uit de verkiezingen en Frederick Chiluba werd voor de eerste maal tot president gekozen. Zijn regering kenmerkte zich door corruptieschandalen en onmacht om de economische neergang te keren ondanks privatisering van grote delen van de economie.

In 1996 werd Chiluba herkozen tijdens verkiezingen die door onafhankelijke waarnemers werden betiteld als ‘not free and fair’. Deze verkiezingen waren geboycot door de belangrijkste oppositiepartijen (w.o. UNIP), vanwege onder meer de manipulatie van de grondwet. Een aanpassing maakte de kandidatuur van oppositieleider Kaunda en diens tweede man onmogelijk.
Eind 2001 werden wederom algemene verkiezingen gehouden. Deze brachten MMD kandidaat Levy Mwanawasa aan de macht, met het laagste aantal stemmen ooit voor een president.