![]() |
![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() |
![]() | volgend artikel: toeristische informatie Richtersveld ![]() | ||||
foto's: Petterik Wiggers Zuidelijk Afrika winter 1999/2000 Jrg. 3, nr 4
De gids kwam ons ophalen bij de camping aan de rand van Kuboes, waar we sliepen in traditionele ronde Nama-hutten, gemaakt van kromgespannen hakkiesdoringtakken, bedekt met matten van gevlochten gras. Hij draagt een gleufhoed, een ouderwetse bril met dik zwart montuur en een lange jas, waarop een kaartje is gespeld met 'Simon Fredericks, field guide'. Behoedzaam gaat Simon Fredericks voort, duwt wat takken opzij die onder een rotsblok vandaan groeien en plukt wat blaadjes. Als hij ze fijnknijpt, verspreidt zich een scherpe geur, lijkend op een neusspray. "Blaublomsalie, dat gebruiken we als de kinderen griep hebben of verkouden zijn", legt hij uit. Verderop groeit swartstorm, waarvan de wortel helpt tegen maagkrampen, en ook het knoppiesstinkkruid verderop heeft een heilzame werking. "Toen de mensen geen dokters hadden, kwamen ze hier voor hun medicijnen," vertelt Fredericks. Samen met een dozijn andere bewoners van Richtersveld is hij opgeleid om groepen door het nationale park te gidsen, te beginnen vanaf Kuboes, vertelde hij. Vijf dagen en vier nachten is de langste tocht, die wegens de warmte slechts tussen april en september gehouden kan worden. Sommige jaren zijn de tochten helemaal niet mogelijk wegens het uitblijven van de winterregens, waardoor onderweg geen water te vinden is. Om die reden heeft hij in 1997 zijn laatste grote tocht begeleid. Maar dagtochten doet de 54-jarige Fredericks ook. Hij neemt ons mee door Kuboes, dat door zijn wit gesausde gebouwen zo in Mexico had kunnen staan. Bijzonder is witte kerk uit 1893 op het Centrale Plein, gebouwd onder leiding van Johan Hein. Hij was de eerste kleurling die door Duitse zendelingen tot priester was gewijd en is zijn hele leven gebleven bij de riviermense, zoals de Nama's bij de Oranjerivier werden genoemd. "Bij Alexanderbaai was een schip gestrand", aldus Fredericks. "De spanten van het schip heeft Johan Hein toen per ossenwagen naar Kuboes laten brengen, voor het dak van de kerk. Acht dagen heeft het geduurd." Op het plein van het dorp staat nu een stenen monument ter ere van de zielenherder van Kuboes, met de tekst 'tot hier toe het de here ons gehelp.' Hij brengt ons ook naar de 'watervallen', enkele kilometers buiten het dorp: een gladde, gortdroge rotswand, waar ooit water moet hebben gestroomd. Het is het eind van de lente, maar de schaarse regens zijn laat gevallen en overal groeien nog knaloranje bloemetjes. Daartussen staan her en der de imposante kokerbomen, de ene soort - met veel zijtakken - 'vrouwtjeskokerbomen', de andere, - met twee zijtakken - 'mannetjeskokerbomen', aldus Fredericks. Hij wijst op een helling verderop. "Mijn vader nam me altijd mee om daar te jagen. Toen hij nog geen geweer had, deed hij dat door met een klip (steen) te gooien. Niet meer dan één klipspringer (een kleine antilope) per week mochten we van hem vangen, en nooit drachtige ooien. Zo bleef er genoeg wild." Terug in het dorp blijkt Fredericks nog veel meer functies te hebben. Zo is hij lid van het toeristencomité van het dorp, dat de in 1997 gebouwde camping beheert, het eten verzorgt en de betalingen int. Ook heeft hij een belangrijke rol in de Nama-raad van Richtersveld, dat de cultuur van de Nama's - die verwant zijn aan de Khoikhoi en vroeger voor het gemak Hottentotten werden genoemd - in ere wil herstellen. Aan het eind van de middag regelt hij een optreden van de Nama-stapdans. Acht wat oudere vrouwen en twee mannen, gehuld in felgekleurde sjalen, schuifelstappen in paren door het grind, de armen in elkaar hakend. Een van de gitaristen blijkt Fredericks zelf te zijn, die voor de gelegenheid een sjaaltje heeft omgeknoopt. ![]() 'Ons kan lekker danse', zegt de danser Piet Joseph. 'Bij een feest gaan we de hele nacht door.' Toch is de stapdans nog maar sinds kort in ere hersteld. Dit is vooral te danken aan het goede geheugen van de 57-jarige Maria Farmer, dirigent van het Nama-koor - specialiteit: religieuze liederen in Nama, Engels en Afrikaans - en degene die de stapdans aan de kinderen van het dorp leerde. Tot het moment dat Richtersveld tot 'kleurlingenreservaat' werd benoemd in 1963, was de dans erg in zwang. De nieuwkomers echter lachten de Nama's uit om hun gekke stappen. "De mensen wilden daarna alleen nog langarmdansen, zoals de kleurlingen," vertelt Farmer, terwijl ze haar arm strekt alsof ze een tango danst. Na de afschaffing van de apartheid was een herwaardering van de Nama-cultuur mogelijk en in 1997 begon Farmer de dans te leren aan een klas schoolkinderen. Zij traden later op in Kimberley en Johannesburg en wonnen op het dansfestival van Uppington de eerste prijs. Daarna volgde zelfs deelname aan een internationaal volksdansfestival in Turkije. "De ervaringen met de dans hebben geholpen een eind te maken aan de schaamte voor de eigen cultuur," vertelt Avron Thomas, hoofd van de lagere school. "De Nama's hier zagen dat men hun dans waardeerde en dat ze er, letterlijk, ver mee konden komen." ![]() De schaamte was het gevolg van decennia onderdrukking door Afrikaanstaligen, die de Nama's als achterlijk beschouwden. "Als de kinderen naar de middelbare school in Springbok gingen, zeiden ze dat ze uit Alexanderbaai kwamen, omdat iedereen wist dat in Kuboes vooral Nama's woonden", vertelt Thomas. Op school was het ook verboden Nama te spreken, dat lijkt op de taal van de San, vol 'tongknopende klapklanken' zoals een Afrikaner journalist het noemde. "Wie het toch deed, werd geslagen." Willem Hans, voorzitter van het toeristencomité, geeft nog een reden waarom het bestaan van de Nama's altijd is ontkend. "De vorige regering noemde ons kleurlingen, zodat we geen aanspraak meer konden maken op de grond die de regering van de Nama's heeft afgevat." Inderdaad was ooit het hele Richtersveld van de Nama's, inclusief de kuststrook waar nu diamanten gezocht worden. De Nama-raad is dan ook een rechtszaak begonnen voor de landclaim court van het nieuwe Zuid-Afrika. Als ze die winnen, en die kans is groot, hopen ze een aandeel in de mijnen te krijgen.
Sinds dit jaar wordt op de school van Kuboes voor het eerst les gegeven in Nama, door een man uit Riemvasmaak die is opgeleid in Namibië. Daar leven nog grote groepen Nama's en is de taal ook op schrift gesteld, met speciale tekens voor de kliks, waardoor Kuboes eigenlijk als !Khuwus zou moeten worden geschreven. Thomas vertelt er enthousiast over. Hoewel hij niet uit Kuboes komt, is hij een van de drijvende krachten achter de herwaardering van de Nama-cultuur. Zo laat hij de leerlingen de ouderen interviewen over vroeger, waarover ze dan een opstel moeten maken. Ook voor het toerisme zet hij zich in. Het toeristencomité heeft goed werk gedaan, vindt hij, maar het lijkt een beetje alsof ze het toerisme in het dorp willen monopoliseren. "Er zijn mensen hier die andere ideeën hebben, en die met argwaan door het comité worden bekeken. Ik vind dat alle initiatieven elkaar moeten aanvullen en probeer een beetje tussen die twee groepen te bemiddelen." Intussen draagt ook zijn school een steentje bij. Een klas is bezig met de aanleg van een wandelpad naar een groep Aloe Pillansii, imposante, met uitsterven bedreigde vetplantbomen vlakbij het Wondergat, een natuurlijk gevormd diep gat in de grond, waarvan niemand weet hoe het is ontstaan. "Toerisme is nieuw voor Richtersveld. De ouderen weten niet wat toeristen hier komen doen, ze snappen niet wat ze aan hun komst kunnen hebben. Wij werken eraan dat de generatie die nu opgroeit dat besef wel heeft."
| |||||
![]() | volgend artikel: toeristische informatie Richtersveld ![]() |
![]() |
![]() ![]() |