NiZA home adres, documentatie, projecten, wie is wie lijst van NiZA publicaties links naar websites in Zuidelijk Afrika, per land of onderwerp email NiZA doorzoek deze site

terug terug

Confrontatie met het verleden
Spoken op Robbeneiland
door Udo Sprang

Zuidelijk Afrika winter 1998/99 Jrg. 2, nr 4

Je loopt in twee uren het eiland rond, maar toch is Robbeneiland wereldberoemd. Het is wellicht de meest symbolische plek van het nieuwe Zuid-Afrika, waar Nelson Mandela en vele ANC-kopstukken tijdens de apartheid gevangen zaten. De gevangenis is nu een museum, toeristen worden in bussen aangevoerd. Bij het museum werkt sinds kort Rafiq Rohan, ex-gevangene. Hij ging de confrontatie aan met de spoken uit zijn verleden.

De boottocht van negen kilometer naar Robbeneiland begint bij het Waterfront in Kaapstad. De meeste reisgidsen melden nog dat er slechts spaarzaam bezoekers op het eiland worden toegelaten, maar dat is verleden tijd. Sinds het eiland per 1 januari 1997 is uitgeroepen tot Nationaal Cultureel Erfgoed annex museum, zijn de voorzieningen gigantisch verbeterd. Het is nu simpelweg een kaartje kopen voor de moderne catamaran die drie of vier keer per dag op en neer naar Robbeneiland vaart. Onze catamaran heet Makana, naar de eerste Afrikaanse chief die op het eiland gevangen zat en bij zijn ontsnappingspoging werd gedood. Tijdens de overtocht vertoont de video in de salon een documentaire onder het motto 'Ik Robbeneiland'. Het eiland vertelt wat het in de loop der eeuwen doorstaan heeft, voornamelijk als gevangenis van achtereenvolgens de Portugezen, de Hollanders, de Britten en de Zuid-Afrikanen zelf. De boodschap die het Robbeneiland-museum wil uitdragen, wordt meteen duidelijk. Het museum staat voor niets minder dan 'de triomf van wijsheid en hoogstaande zielen op simpele geesten en bekrompenheid.'

[Foto: © Jan Stegeman
De cel van Mandela én Rafiq
[ Foto: © Jan Stegeman ]

Rafiq Rohan staat ons op de kade van het haventje van Robbeneiland op te wachten. "We kwamen vroeger in een heel wat kleinere boot", wijst hij. "De politieke gevangenen zaten boven op elkaar gestopt onderin de boot." Rohan zat van 1989 tot 1991 zelf gevangen op het eiland, nadat hij tot vijftien jaar was veroordeeld vanwege bomaanslagen op leger en politie. Hij zat in dezelfde cel als ooit Nelson Mandela, naast die van Walter Sisulu. Na zijn vervroegde vrijlating was hij succesvol als journalist, laatstelijk bij de Sowetan, maar twee maanden geleden verruilde hij die baan voor een terugkeer naar Robbeneiland, ditmaal als publiciteitsman van het museum. "Veel mensen hebben me gevraagd: waarom ga je hierheen?" licht Rohan de opmerkelijke stap toe. "Ik zag de vacature en greep de kans om hier te komen. Het is goed voor m'n cv", zegt hij lachend. Dan serieus: "Ik wilde het verleden onder ogen zien. Een experiment om te zien of ik het aan zou kunnen." Het wrange is dat hij zonder afschaffing van de apartheid nu ook op het eiland zou hebben gezeten, maar dan nog steeds als politiek gevangene.

In zijn jeep rijdt hij ons naar de gevangenis op het eiland. Hij heeft deze twee maanden meer gezien van Robbeneiland - in totaal 5,4 kilometer lang en 1,5 kilometer breed - dan ooit tevoren. "De gevangenen zagen nooit meer van het eiland dan het deel van de haven tot de gevangenis." We stappen uit bij de steengroeve waar de politieke gevangenen moesten werken. Het is een desolate plek, met als enig geluid het huilen van de wind. De stof prikt in je ogen. "Dit is het waar Mandela een deel van zijn zicht verloor. Op zonnige dagen deden je ogen pijn van de felle weerkaatsing van het zonlicht op het kalksteen." Rohan wijst met zijn armen hoe ver de heuvel is afgegraven, hoeveel arbeid er door de gevangenen is verzet. "Het is beklemmend hier. Af en toe kom ik hier in m'n eentje en dan zie ik de geesten om me heen. Ik kan het niet precies uitleggen, zoveel mannen hebben hier geleden, sommigen stierven... " Hij staart langs de afgegraven heuvel. "It's haunting", zegt hij opnieuw. "Het valt me erg zwaar om terug te zijn, veel zwaarder dan ik had verwacht."

[Foto: © Jan Stegeman
[ Foto: © Jan Stegeman ]
Sinds 1991 was hij niet meer op Robbeneiland geweest. Een paar maanden na zijn vrijlating keerde hij toen voor het eerst even terug. De toenmalige minister van het Gevangeniswezen, Adriaan Vlok, had journalisten uitgenodigd voor een bezoek aan de gevangenis en Rohan was mee als redacteur van South. "Ik dacht dat zo'n bezoekje wel goed zou zijn voor het verwerkingsproces." Tot zijn enorme schrik had Vlok bedacht dat het aardig zou zijn als de journalisten zich helemaal konden inleven in de rol van politiek gevangene. "Zodra ze arriveerden, werden alle journalisten gearresteerd. Ze moesten hun kleren uitdoen en kregen gevangeniskleren. Ze werden in de cellen opgesloten en na twee uur weer vrijgelaten. Toen kregen ze allemaal amnestie." Rohan vertelt het met walging in zijn stem. "Ik was totaal gebroken, dat kun je je wel voorstellen."

Hij rijdt ons naar de B-sectie van de gevangenis, daar waar de ANC'ers gevangen zaten en waar hij ruim twee jaar zat. Het cellenblok ziet er goed onderhouden en netjes geschilderd uit, met aan het eind van de gang een kleurige muurschildering. Je kunt je als bezoeker nauwelijks voorstellen wat zich hier heeft afgespeeld. Het zag er toen dan ook heel anders uit, vertelt Rohan. "Die muurschildering was er niet, die is gemaakt toen hier later gewone criminelen zaten. Er was in mijn tijd geen enkele kleur, alles was heel bewust grijs gehouden. Om te zorgen dat je je altijd depressief voelde. Dat was een onderdeel van de geestelijke marteling. Daar waren ze erg goed in, de fysieke marteling was lang niet zo erg." Wat hem overeind hield, was de band tussen de gevangenen. "De gevangenen waren een gemeenschap, ze waren gelijkgezinden, er was warmte."

Terwijl we door de gang lopen, vallen de spoken onze gids weer lastig. "Ik kom hier niet vaak. Er zijn nog littekens, die gaan nu open. Het valt me erg tegen. Ieder keer als ik hier loop, voel ik dat de spookbeelden me gaan overweldigen. In iedere cel zat een gevangene, er zijn zoveel verhalen om te vertellen..."

We rijden verder, naar de toenmalige keuken, waar Rohan kookte voor vierhonderd man. "Ik klaagde niet toen de gevangenisleding me vroeg kok te worden. Ik kook goed en was blij iets leuks te doen te hebben." Iedere dag moest hij een ingevroren snoek van een jaar oud ontdooien. Veel vissen bleken bedorven en vielen onder zijn handen uit elkaar. "Sindsdien kan ik nooit meer snoek eten." Rooibos-thee zal hij evenmin ooit nog drinken. "We dronken altijd Rooibos-thee, geleverd door Afrikaner boeren. De handel van die boeren liep toen slecht en de levering aan de gevangenis was een vorm van steunverlening. De thee smaakte goed, maar we haatten het dat we zo de boeren hielpen."

"Het is angstaanjagend, ik denk niet dat ik hier nog lang blijf"
Rohan vertelt dat hij bezig is een boek te schrijven over de struggle. "Het is angstaanjagend", zegt hij nogmaals over zijn nieuwe verblijf op Robbeneiland.. "Ik denk niet dat ik hier nog lang blijf, ik zal wel terugkeren naar de journalistiek. Zullen we nog even de rest van het eiland bekijken? Het hoeft niet hoor, de meeste mensen hebben alleen maar belangstelling voor de cel van Mandela." We rijden snel door het droge, kalkachtige landschap, we bekijken geschut uit de Tweede Wereldoorlog en verbazen ons over de pinguïns die zomaar de weg oversteken. Maar na het relaas van Rohan lijkt het ongepast om daarvoor nog interesse te tonen.

Als we terugkomen in de haven, is het inmiddels gaan stormen. Een klein bootje, dat stafleden van het museum naar de vaste wal brengt, is speelbal van de zee. Af en toe verdwijnt het tussen de golven. "Ik ben blij dat ik niet van het eiland af hoef", zegt Rohan uit de grond van zijn hart. We begrijpen wat hij bedoelt als we even later zelf in de veerboot terug naar Kaapstad een schietgebedje doen voor een behouden thuiskomst terwijl de zee probeert de catamaran te breken.


terug terug

NiZA home   terug naar boven